Ga verder naar de inhoud
Ga verder naar de inhoud

Het is maatwerk. Elk woonproject is anders en heeft andere noden wat deelmobiliteit betreft. Voor elk project zal je dus opnieuw moeten bepalen welk aanbod aan auto- en fietsdelen nodig is:

  • Hoeveel deelauto’s of deelfietsen zijn er nodig?
  • Werk je met een aanbieder met eigen vloot of juist met privévoertuigen?
  • Hoeveel privéparkeerplaatsen zijn er dan nog nodig?
  • ... 

Het lokaal bestuur bepaalt intussen samen met de projectontwikkelaar wat wenselijk is voor het project. Deze factoren spelen mee in de keuze: 

  • de doelstellingen rond mobiliteit en ruimtelijke ordening vanuit de gemeente, opgenomen in beleidsplannen of stedenbouwkundige richtlijnen
  • de mobiliteitsbehoefte van het project, onderzocht via een mobiliteitsstudie, MOBER of MER
  • het advies van een aanbieder van deelmobiliteit die vaak goed kan inschatten welke vorm van deelmobiliteit geschikt is voor een locatie
  • de (buurt)bewoners van het project die via een bevraging of cocreatietraject kunnen meegeven welke vorm van auto- of fietsdelen zij het meest relevant vinden voor hun verplaatsingen. 

De keuze voor een bepaalde vorm van auto- en fietsdelen blijft maatwerk. Wanneer alle partijen met elkaar in gesprek gaan, kom je meestal tot het meest geschikte aanbod voor een project.

Zoek je een goed voorbeeld? Kijk dan hoe Mechelen en Woonland het hebben aangepakt. 

De ondertekenaars van de Green Deal Deelmobiliteit en wonen werken samen aan een overzicht van parameters die jou kunnen leiden naar het juiste aanbod. Wanneer dat klaar is, verschijnt het hier. 

Vragen? Contacteer ons!

Stuur een mail

email hidden; JavaScript is required

Bel ons tijdens kantooruren